advertentie

Glasgerinkel, paniek en angst: juwelier ‘moet verder’ na gemaskerde overval

De gemaskerde overval op een juwelier in Schiedam heeft nog altijd impact. Zo blijkt uit een gesprek met Olivier Bode, de eigenaar van de zaak.

Rembrandt van der Heijden

door Rembrandt van der Heijden

donderdag 13 juni 2024 17:40

Op 29 februari bestormen drie gemaskerde mannen de juwelierszaak aan de Hoogstraat in Schiedam. Het personeel wordt gedwongen op de grond te gaan liggen terwijl de mannen de vitrines vernielen. Binnen twee minuten lijkt het allemaal voorbij.

Bode, de eigenaar, staat in een totaal verwoeste winkel, omringd door ontredderd personeel. “Je bent totaal niet voorbereid op zulke heftige gebeurtenissen. Overal hoor je glasgerinkel, mensen die in paniek zijn, alles is kapot. Echt iets wat je niet herkent en dat is best eng.”

Direct na de overval bekijkt Bode de situatie en ziet hij hoe zijn team eraan toe is. Daarna neemt hij direct contact op met zijn familie. “Je probeert duidelijk te maken dat je ongedeerd bent, dat er geen reden tot paniek is.” Zijn ouders reageren nuchter op het nieuws, wat Bode rust geeft. “Al besef ik mij ook dat het heel anders had kunnen aflopen.”

Onzekerheid blijft

Bode besluit de winkel te sluiten om nietsvermoedende klanten te weren. Na het afsluiten van de winkel arriveren de hulpdiensten. “De politie omsingelt het pand en komt steeds dichterbij.” Bode en het personeel moeten de winkel verlaten, waarna het onderzoek meteen begint. “Je moet snel handelen, van iets heftigs wat net is gebeurd, moet je opeens vragen beantwoorden. Zoals of er camerabeelden zijn, hoe de daders eruitzien en wat er gestolen is.” Dat vindt Bode gek.

Volgens de juwelier is het normaal dat je als werkgever snel moet kunnen handelen en praktisch moet denken. Naar eigen zeggen word je ook echt wel voorbereid op dit soort situaties, “maar de werkelijkheid is anders. We hebben echt een goede band met de politie in Schiedam. Maar op zo’n moment voel je je hopeloos, radeloos en moedeloos, je bent ook gewoon een mens.”

Gestolen juwelen

In de dagen na de overval wordt er vanuit Slachtofferhulp Nederland hulp aangeboden aan sommige medewerkers. Bode maakt daar gebruik van, maar wil zich vooral richten op de praktische zaken. “Hoe kan ik de winkel voor mijn personeel veiliger maken? Hoe kan ik zoiets in de toekomst voorkomen? Je hebt geen duidelijke antwoorden. Je informatie is beperkt. Praktisch gezien begrijp je het, maar de onzekerheid blijft.”

Bode maakt zich grote zorgen, met name over zijn personeel en over wat er is gestolen. “Ik kan natuurlijk niet voor iemand bepalen hoe heftig zo’n gebeurtenis is, dus ik wil helpen waar dat nodig is.” Daarnaast hebben veel van de spullen die ze ontvangen voor veel mensen een onschatbare waarde. Bode verwijst naar een amulet of een horloge dat van een dierbare kan zijn geweest. “Gelukkig is daarvan niets gestolen,” zegt Bode.

Hoe nu verder?

Een bevriende juwelier adviseerde om snel weer open te gaan. “Als je niet opengaat, wanneer dan wel? Het bezig zijn helpt, maar kost ook veel inspanning.” Voor nu wil Bode zich vooral richten op de toekomst, in de hoop dit nooit meer te hoeven meemaken. “Het maakt je heel erg klein, maar je moet verder.”

Bron: Flashphoto
Bron: Flashphoto