door Nick van Herk
De fors stijgende energieprijzen zorgen niet alleen voor problemen bij de inwoners van Schiedam. Ook het Stedelijk Museum kampt met een enorme toename van de kosten. De kosten lopen zo hoog op dat het mogelijk is dat binnen enkele jaren het eigen vermogen verdampt. “Als ik geen compensatie zou krijgen en de gemeente gaat de huur indexeren, dan zijn wij over twee jaar failliet.”
“Het energiecontract van het museum loopt via de gemeente”, zegt directeur Anne de Haij. Volgens De Haij gaat dit al jaren zo. “Zij onderhandelen over de prijzen en dat is meestal voordelig. Voor de zomer heb ik aan de bel getrokken bij de tussenpersoon van de gemeente, gezien de situatie rondom de gasprijzen. We kregen het bericht dat we ons nog geen zorgen hoefde te maken en dat alles goed zat.”
Toch bleek later dat de vork heel anders in de steel zat. Eind augustus nam De Haij opnieuw contact op met de gemeente, dit keer was de boodschap anders. “De stijging zal fors worden, zeiden ze. Dat was behoorlijk schrikken.” De tarieven voor het museum zijn bijna vervier- en vervijfvoudigd. Het museum wordt geconfronteerd met een stijging van ongeveer 80.000 euro nu naar zo’n 250.000 euro per 1 januari 2023.
Verduurzaamd na renovatie
Ondanks dat het gebouw na de renovatie behoorlijk verduurzaamd is, blijven de kosten volgens De Haij aan de hoge kant. Vooral omdat het museum na de verbouwing extra expositieruimtes in gebruik heeft genomen. Zowel de Panorama Schiedam als de Stadsgalerij worden nu intensief gebruikt, waar dat voor de verbouwing niet het geval was.
Daarnaast valt er volgens De Haij niet op te boksen tegen de enorme bedragen die straks betaald moeten worden voor energie. “Als wij de toegangsprijs met 1 euro verhogen per jaar, en de bezoekersaantallen blijven hetzelfde, dan levert ons dat jaarlijks 30.000 euro op. Dat is nog steeds geen twee ton. Daarnaast vind ik sowieso dat je de toegang voor het museum in de stad laagdrempelig moet houden.”
Ook het uitzetten van de verwarming in het museum is volgens de Haij geen optie. “Naast de kunst gaat het vooral ook om het gebouw. Een groot probleem is een te hoge luchtvochtigheid. Het is daarom van belang dat we de verwarming en alle installaties aanhouden. Ik vind dat de gemeente ook daarin een verantwoordelijkheid heeft.”
‘Er zijn knoppen waar de gemeente aan kan draaien’
Naast de toenemende energieprijzen, is De Haij, ook bang dat de gemeente de huurprijs zal verhogen volgens de cpi-index (consumenten prijs index). Dat betekent voor het museum ook dat de huur in 2023 omhoog zal gaan. “Dat is een enorm donkere wolk die nu boven het museum hangt.” Ondanks dat De Haij verschillende gesprekken heeft gevoerd met de gemeente blijft een eventuele compensatie uit. “Daar wordt nu gezegd, ‘ja onze begroting komt ook niet uit’. Vooralsnog kunnen zij niks voor mij betekenen. We kijken met z’n allen naar het rijk.”
Toch zijn er volgens De Haij een aantal maatregelen die de gemeente op dit moment kan nemen om het museum tegemoet te komen. “Er zijn steden die dit anders aanpakken, kijk bijvoorbeeld naar de gemeente Gouda. Daar is een soort noodfonds ingesteld. Ik snap dat er geen zakken met geld klaar staan, maar er zijn creatieve oplossingen te bedenken, bijvoorbeeld het niet indexeren van de huur of een coulancebeleid. Er zijn knoppen waar de gemeente aan kan draaien, maar dat gebeurt nu niet. Daarin ben ik wel behoorlijk teleurgesteld.”
De deuren sluiten blijft voor De Haij een uiterste maatregel. Toch is het niet ondenkbaar dat dit op langer termijn zou kunnen gaan gebeuren. Op korte termijn is het volgens De Haij mogelijk dat de tentoonstellingen gaan lijden onder de hoge energieprijzen. “Voor tentoonstellingen zijn verschillende fondsen waar wij subsidie voor kunnen krijgen. Dat geld krijgen wij pas achteraf en moeten dus alles aan de voorkant voorschieten. Wij moeten dus een goed potje op de spaarbank hebben. Als de vaste lasten zo hoog zijn dan moet ik dus uit dat potje gaan tappen. Dat is een probleem wat zich al snel kan voordoen.”