advertentie
  • rechtspraak
  • Vlaardingen

22-jarige overvalt juwelier in Vlaardingen en steekt man neer: ‘Breekt mijn hart’

“Houd me niet tegen, ik maak je dood”, schreeuwt een jongen tegen een man die hem in een wurggreep heeft op het Liesveld in Vlaardingen op 10 augustus 2023. De jongen zwaait om zich heen met een mes. De man schrikt en laat hem los. Maar tevergeefs: hij is al twee keer gestoken in zijn been. De 22-jarige student J.G. stond op 11 oktober voor de rechter.

Jeroen Langeveld

door Jeroen Langeveld

vrijdag 11 oktober 2024 13:06

J.G. kwam niet zomaar in aanraking met de man op straat, die van beroep bewaker is. De eigenaar van juwelier Winteridee is aan het werk in zijn winkel op het Liesveld. Uit het niets staat de 22-jarige naast hem, hij heeft een mes in zijn hand. Hij schreeuwt: “Inhoud van de kluis, nu nu!” 

Met het mes op de eigenaar zijn rug gericht lopen ze naar de achterzijde van de winkel. Uit de kluis wordt een portemonnee gehaald waar bijna vijfduizend euro in zit, maar de verdachte wilde volgens de rechter ook het goud uit de vitrine. Uiteindelijk rent G. het Liesveld op, weg van de winkel, met de buit.

Tienduizend euro

“Ik kreeg een tip dat daar geld te halen zou zijn”, legt de 22-jarige uit in de rechtbank. Hij is op dat moment al zeven jaar niet meer in aanraking geweest met justitie. Hij zegt op dat moment geldproblemen te hebben. “Ik zag door de bomen het bos niet meer.” De klus heeft hij gekregen van naar eigen zeggen ‘verkeerde mensen’. Volgens de opdrachtgevers zou er tienduizend euro te halen zijn bij de juwelier op het Liesveld. De winst, die zouden ze 50/50 delen. 

De advocaat van G. vult nog aan op de geldproblemen. “Hij kon de kosten voor zijn auto niet meer betalen en juist dan in het openbaar vervoer komt hij de jongens uit het verleden tegen met wie hij heeft gebroken.” Deze jongens zette G. volgens de advocaat aan tot de overval.  “Wie zijn deze jongens?”, vraagt de rechter. “Ik vind het niet eerlijk om dat te zeggen. Ik moet zelf mijn verantwoordelijkheid nemen”, is het antwoord van de verdachte. Volgens de advocaat zou het vertellen van de namen zijn cliënt ook in gevaar brengen.

‘Het blijft mij achtervolgen’ 

Nadat de beveiliger die G. in een wurggreep houdt loslaat, ziet hij dat hij gestoken is en valt op de grond. “Ik heb niet gedreigd. Ik heb alleen gevochten voor mijn leven, omdat ik geen adem kreeg.” Hij zegt daardoor slaande bewegingen te hebben gemaakt met het mes in zijn hand. “Ik heb niemand bewust pijn gedaan.”

Een statement van de beveiliger komt ook naar voren tijdens de rechtszaak. “De ervaring heeft diepe littekens achtergelaten. Ik ben privé en in het zakelijk leven prikkelbaar. Ik mag van geluk spreken, als het anders was geweest had ik misschien niet meer kunnen lopen. Het idee dat ik mijn gezin bijna was verloren blijft mij achtervolgen.” Verder wordt duidelijk dat de man een lange tijd niet kon werken en emotioneel uitgeput is. Hij eist daarom een schadevergoeding van meer dan 25 duizend euro. “Dit breekt mijn hart om te horen wat ik iemand heb aangedaan”, zegt de verdachte na het horen van het verhaal. 

‘Kruispunt’

Na het steekincident duiken er meerdere mensen bovenop de 22-jarige en wordt hij overmeesterd. Sindsdien zit de student vast. “Ik wil zo niet eindigen. Ik zie vaders en opa’s die vastzitten. Ik wil mijn familie dat niet aandoen.” “Het kan zijn dat wij hierna u nooit meer terugzien, maar misschien wel. U staat op een kruispunt. U moet zelf de goede keuzes maken”, vertelt de rechter tegen de verdachte. 

foto6.jpg

Foto: Flashphoto - Het bloed van de neergestoken man.

De officier van justitie (OvJ) vindt het meenemen van een mes en daarmee mensen in gevaar brengen een ernstig feit. “Het is poging tot zware mishandeling. Op de camerabeelden zie je de verdachte twee keer naar achter steken”, legt de OvJ uit. Volgens haar was het wel degelijk G. zijn bedoeling om de bewaker in zijn been te steken.

De advocaat van de verdachte hoopt dat de rechter rekening houdt met de situatie van zijn cliënt. “Je kent die overvallen met vuurwapens wel, waar mensen vastgebonden worden. Maar hij heeft niet gericht gestoken, geen vitrines ingeslagen en had geen vuurwapen.” Ook hoopt hij dat de rechter kijkt naar de jonge leeftijd van zijn cliënt.

Strafeis

De OvJ eist een straf van twee jaar en tien maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk. Daar gaat nog de aftrek af van de tijd dat hij al in detentie zit. “Dit zou betekenen dat hij nog een jaar en twee maanden teruggaat naar de penitentiaire inrichting.” Een groot gedeelte van gevraagde schadegelden acht zij slecht onderbouwd. Iets meer dan drieduizend euro vindt zij wel goed onderbouwd en zouden wel toegekend moeten worden, als het aan de OvJ ligt. 

De rechter doet op 25 oktober uitspraak in de zaak.