advertentie
Strijd tegen de Aziatische hoornaar wankelt: wie grijpt nog in?
De Aziatische hoornaar rukt op in Nederland, en zo ook in Schiedam en Vlaardingen. Volgens het Kenniscentrum Insecten (EIS) is de soort niet meer effectief te bestrijden en zou dat ook te duur zijn. Imkers en wetenschappers slaan echter alarm: juist nú het moment is om te handelen, stellen ze. Zonder actie dreigt niet alleen ecologische schade, maar ook risico voor volksgezondheid en voedselzekerheid.

door Rembrandt van der Heijden
woensdag 21 mei 2025 17:34
De Aziatische hoornaar, een invasieve wespensoort afkomstig uit Zuidoost-Azië, rukt gestaag op in Nederland. Sinds de eerste waarnemingen in Zuid-Frankrijk in 2004 – vermoedelijk via geïmporteerde goederen – heeft de soort zich snel over Europa verspreid.
Inmiddels duiken er nesten op in alle Nederlandse provincies, waaronder recent in regio’s als Voorne-Putten. „Omdat daar weinig mensen wonen, werd er ook minder aan aanpak gedaan“, zegt imker Maarten Klein. Het gevolg is dat de Aziatische hoornaar zich in rap tempo ook in Schiedam, Vlaardingen en omliggende regio’s vestigde.
Imker zoekt Aziatische hoornaar in Schiedam | Foto: Twee
Een imker is iemand die bijen houdt en verzorgt, meestal met als doel het winnen van honing, bijenwas en andere bijenproducten. Daarnaast speelt een imker een belangrijke rol in de bestuiving van planten en het in stand houden van bijenpopulaties. Imkers beheren bijenkasten, controleren de gezondheid van de bijenvolken en zorgen voor een goede leefomgeving voor de bijen.
Zeven zoveel keer hoornaars?
Een gebrek aan effectieve bestrijding helpt de soort volgens Klein juist vooruit. De imker stelt dat het aantal nesten al verzevenvoudigd is. “Als we nu niets doen, zitten we over twee tot drie jaar op tien nesten per vierkante kilometer”, waarschuwt hij.
Bijenwetenschapper dr. Harmen Hendriksma van Wageningen Universiteit & Research, stelt dat de bestrijding van de Aziatische hoornaar zich niet richt op volledige uitroeiing, maar op het beperken van schade aan biodiversiteit en samenleving.
De Aziatische hoornaar | Foto: Piet Zwinkels
Actief onderdrukking is nodig
“Door de soort actief te onderdrukken, blijft de overlast beheersbaar en wordt verdere verspreiding vertraagd”, aldus Hendriksma. Omdat de populatie in Nederland zich nog in een relatief vroeg stadium bevindt, is ingrijpen op dit moment effectief om escalatie in de toekomst te voorkomen. Deze fase biedt volgens de wetenschapper bovendien de mogelijkheid om ervaring op te doen en effectievere strategieën te ontwikkelen voor de omgang met deze invasieve soort.
“Hoewel de schade in Nederland momenteel nog meevalt, zijn er sterke aanwijzingen dat dit komt doordat het land zich nog in het beginstadium van de invasie bevindt.” In andere Europese landen, zoals Frankrijk en Spanje, zijn de gevolgen inmiddels aanzienlijk, met grote impact op imkerij en fruitteelt. “Deze voorbeelden tonen aan wat er mogelijk te verwachten is als de soort zich ongestoord verder verspreidt.”
Speciale lokpot om de Aziatische hoornaar mee te vangen | Foto: Twee
Effectieve bestrijding is onhaalbaar
Volgens het rapport Hoe verder met de Aziatische hoornaar? van het EIS Kenniscentrum Insecten, opgesteld in opdracht van onder andere de provincies Zuid- en Noord-Holland, is het effectieve bestrijding van de Aziatische hoornaar in Nederland inmiddels niet meer haalbaar. Zo schrijft het kenniscentrum dat effectieve beheersing alleen kan plaatsvinden als 90 tot 95 procent van alle nesten opgespoord en vernietigd wordt, wat volgens hen in de praktijk onrealistisch is.
In zowel Schiedam als Vlaardingen is de gemeente verantwoordelijk voor de bestrijding van wespen in de openbare ruimte, uitgevoerd door het reinigingsbedrijf Irado. Voor inwoners zijn hieraan geen kosten verbonden zolang het gaat om overlast in de openbare ruimte. Wanneer wespen zich echter op particulier terrein bevinden, zoals in een tuin of woning, zijn de kosten voor verdelging voor rekening van de bewoner zelf. In Schiedam bedragen deze kosten vanaf 75 euro voor het verwijderen van een wespennest op privéterrein. Voor Vlaardingen zijn de specifieke kosten voor wespenbestrijding op particulier terrein niet vermeld op de officiële website van Irado.
Landelijke en lokale aanpak
Overheden moesten vanaf 2017 in Nederland snel optreden bij het signaleren van de Aziatische hoornaar, omdat deze invasieve soort een ernstige bedreiging zou vormen voor honingbijen en andere bestuivende insecten.
De aanpak was gericht op vroegtijdige opsporing, het melden van nesten, en het verdelgen van die nesten door gespecialiseerde bestrijdingsteams. De coördinatie hiervan lag vaak bij provincies of gespecialiseerde diensten, in samenwerking met lokale overheden, imkers en natuurbeschermingsorganisaties.
De Aziatische hoornaar is ingedeeld onder Artikel 19 van de Wet natuurbescherming, in het kader van de Europese Exotenverordening (EU-verordening 1143/2014). Daardoor zijn provincies niet langer verplicht om de soort te bestrijden. Ze mogen nu zelf bepalen of ze ingrijpen, op basis van een kosten-batenafweging.
Voor het opsporen van nesten van de Aziatische hoornaar worden verschillende nieuwe technieken ingezet. Zo wordt de zendermethode gebruikt, waarbij een kleine zender op een gevangen hoornaar wordt geplaatst om het nest via een signaal te traceren. Ook wordt de wekpotmethode toegepast, waarbij hoornaars worden gelokt, gemarkeerd en gevolgd op basis van hun vliegrichting. Daarnaast worden speciale stofzuigers ingezet om nesten efficiënt en veilig te verwijderen, vooral op moeilijk bereikbare plekken. Deze technieken maken de bestrijding gerichter, effectiever en veiliger voor mens en milieu.
Nest met larven van de Aziatische hoornaar in Schiedam | Foto: Twee
Provincie trekt zich terug
Op basis van het EIS-rapport besloot onder meer de provincie Zuid-Holland zich in 2024 grotendeels terug te trekken uit de actieve bestrijding, met uitzondering van gebieden boven de A12 (tussen Den Haag en Utrecht). “Het is ons beleid om de opmars richting het noorden te vertragen”, aldus een woordvoerder van de provincie. “Dat we de bestrijding volledig zouden hebben stopgezet, klopt niet, maar het is wel lastig. Zelfs met nieuwe technieken kunnen we niet alle nesten verwijderen.”
In de praktijk voeren veel gemeenten, waaronder Schiedam en Vlaardingen, geen actief bestrijdingsbeleid meer tegen de Aziatische hoornaar. In 2024 liet de gemeente Schiedam in een schriftelijke reactie weten dat het beleid bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ligt, de instantie die daar eerder verantwoordelijk voor was. Nadien zijn deze taken overgedragen aan de provincies. De gemeente Vlaardingen gaf destijds aan dat meldingen van nesten via de Buitenlijn kunnen worden doorgegeven. Afhankelijk van de situatie wordt vervolgens naar een oplossing gezocht. Nu de provincie Zuid-Holland ten zuiden van de A12 is gestopt met actieve bestrijding, komt de verantwoordelijkheid in toenemende mate te liggen bij lokale imkers en vrijwilligers, een situatie die volgens critici niet houdbaar is als er geen financiële bijdrage is om de nesten te vernietigen.
De provincie schrijft op haar website dat het hun strategie is om zoveel mogelijk nesten van de Aziatische hoornaar weg te halen. Ook schrijven ze dat ze inwoners vragen om melding te maken. “We houden de situatie nauwlettend in de gaten en hebben overleg met andere provincies om te bepalen welke strategie we volgend jaar nodig hebben”, zo valt te lezen op de website.
De provincie laat aan Twee weten dat de site nog moet worden aangepast en dat ze vooral willen inzetten op het beheersen van de Aziatische hoornaar.
Nu al 14 miljoen euro
Volgens EIS kostte de bestrijding van de Aziatische hoornaar in 2024 al ruim 2 miljoen euro. Voor dit jaar verwachten zij een verzevenvoudiging van zowel de kosten als het aantal nesten, wat zou neerkomen op zo’n 14 miljoen euro. Die toename bevestigt volgens critici juist de noodzaak om in te grijpen, voordat de situatie onbetaalbaar en onbeheersbaar wordt.
Niet alles, maar in fases
Hendriksma schrijft dat de aanpak van invasieve soorten in Europa is opgebouwd in fases. In de beginfase ligt de nadruk op snelle actie om verdere verspreiding te vertragen. Daarna verschuift de focus naar het beperken van de schade. Zodra een fase is doorlopen, treedt de volgende in werking, met nieuwe doelen en aangepaste maatregelen.
Bij nieuwe invasieve soorten is snelle reactie van groot belang. Vroege inzet biedt geen garantie op volledige beheersing, maar creëert wél tijd en ruimte. “Die tijd is nodig om kennis en ervaring op te bouwen, structuren in te richten en voorbereid te zijn op een situatie waarin de soort blijvend aanwezig is”, aldus Hendriksma.
Een aanpak die niet is bedoeld als snelle oplossing, maar als praktische en haalbare strategie. Juist door vroegtijdig te handelen, kan de schade aan natuur en samenleving op de lange termijn beter worden beperkt. “De suggestie dat Nederland achterloopt doordat nog actief op bestrijding wordt ingezet, negeert het feit dat dit juist past binnen de logische overgang van de ene fase naar de volgende in het Europese beleid.”
Rapport van EIS
EIS Kenniscentrum Insecten is een Nederlands kenniscentrum dat zich richt op onderzoek naar en bescherming van insecten en andere ongewervelde dieren. De organisatie verzamelt gegevens over de verspreiding en ecologie van deze dieren, ondersteunt beleidsontwikkeling en werkt samen met diverse partners aan biodiversiteitsherstel. EIS staat voor European Invertebrate Survey en is gevestigd in Leiden, verbonden aan het Naturalis Biodiversity Center.
Dr. Marie José Duchateau is gedragsbioloog en imker, gespecialiseerd in het sociale gedrag van bijen, en verbonden aan de Universiteit Utrecht. Ze vertelt dat veel imkers met verontwaardiging naar het rapport van kenniscentrum EIS kijken. Zelf dook ze direct in de literatuur, omdat er volgens haar meerdere beweringen niet kloppen.
Volgens het rapport vormt de hoornaar geen significant risico voor de volksgezondheid, behalve in het geval van laaghangende nesten. Ook schrijven ze dat biodiversiteit volgens het rapport geen sterke reden is om te bestrijden. De Aziatische hoornaar zou vooral jagen op insectensoorten die veel voorkomen.
Bijenkasten van de Groene Raadt in Schiedam | Foto: Twee
Ze eten kilo’s insecten
Duchateau wijst op onderzoek uit het Verenigd Koninkrijk waaruit blijkt dat deze hoornaars een veel breder scala aan prooien vangen, ook insecten die erg nuttig zijn. Het rapport schrijft dat de hoornaar eigenlijk alles eet, afhankelijk van wat lokaal beschikbaar is. “Ze pakken alles, de biodiversiteit gaat echt achteruit”, aldus Duchateau. Volgens haar wordt het biodiversiteitsvraagstuk in het EIS-rapport gebagatelliseerd.
Bovendien richten Aziatische hoornaars niet alleen schade aan door bijen te vangen, maar ook door actief bijenkasten te belegeren. Ze blijven voor de ingang hangen en wachten tot bijen naar buiten komen om toe te slaan. Marianne Meijboom, beleidsmedewerker biodiversiteit en Aziatische hoornaar bij de Nederlandse Bijenhoudersvereniging (NBV), deelt deze zorgen. Ze is nauw betrokken bij uiteenlopende thema’s rond bijengezondheid en biodiversiteit en maakt deel uit van de Taskforce Aziatische hoornaar Nederland. “Die hoornaar blijft voor de kast zitten”, zegt Meijboom. “Dat betekent dat de bijen in de kast blijven en daardoor verzwakt het volk.
Het EIS waarschuwt voor het gebruik van lokvallen, om de hoornaar mee te vangen, omdat deze vallen schadelijk kunnen zijn voor andere, nuttige insecten. Wie toch biodiversiteit als uitgangspunt neemt, zou volgens het rapport kunnen overwegen om alleen nesten in natuurgebieden aan te pakken, zoals in België gebeurt. Volgens de imkers het begin van het probleem, maar volgens het EIS is dat een logische keuze. In gebieden waar slechts incidenteel nesten opduiken, kunnen provincies er nog voor kiezen om deze aan te pakken bij maatschappelijke onrust.
Vangst van aantal nesten van de Aziatische hoornaar in 2024 | Foto: Rob Voesten
Bijvangst in lariekoek
Volgens Hendriksma kan een nest van de Aziatische hoornaar kilo’s aan insecten verorberen. “Dit is directe concurrentie voor bijvoorbeeld insectenetende vogels, die het al zwaar hebben. Bovendien gebruiken leden van de Nederlandse imkersvereniging volop selectieve vallen om in het najaar en het voorjaar koninginnen te vangen, die bij goed gebruik geen bijvangst doden. Een claim dat deze veelgebruikte selectieve vallen schadelijker zijn dan de hoornaar zelf klopt niet.“
Ook de impact van de Aziatische hoornaar op landbouw en economie lijkt in het rapport te worden onderschat. De hoornaar vormt namelijk niet alleen een bedreiging voor honingbijen, maar ook voor de fruitteelt. De Nederlandse Bijenhouders Vereniging schrijft op basis van waarnemingen dat de hoornaar aan zowel beschadigd als gaaf fruit zoals appels, peren, vijgen en druiven eet. Met als gevolg vraatschade. Volgens Duchateau geven imkers adviezen aan lokale telers, maar wordt dat bemoeilijkt door het tekort aan geld vanuit de provincie.
Bestuiving is onmisbaar
Het EIS stelt dat de honingbij in Nederland onder de veehouderij valt en geen wilde soort is. Hoewel de Aziatische hoornaar wel degelijk bijen vangt, zijn er volgens EIS geen aanwijzingen voor grootschalige bijensterfte. Wel schrijft het kenniscentrum dat er enige verstoring van bijenkasten en honingopbrengst kan zijn, maar dit weegt volgens het rapport niet op tegen de hoge kosten van bestrijding.
“Nederland is een wereldspeler in de export van zaaigoed, en honingbijen zijn onmisbaar voor bestuiving”, aldus Hendriksma. Het is dus volgens hem niet een kwestie van honingproductie, maar van voedselzekerheid en economische belangen. “Die belangen staan nu nog niet onder druk, maar het is zaak te voorkomen dat het zover komt.”
De Aziatische hoornaar van dichtbij gefotografeerd | Foto: Maarten Klein
Afhankelijk van de markt
Tot slot wijst het rapport erop dat provincies voor bestrijding afhankelijk zijn van marktpartijen. Die zullen echter niet zomaar extra personeel of middelen inzetten zonder zekerheid van opdrachten. EIS raadt aan om vóór het seizoen duidelijke afspraken te maken over het aantal nesten dat wordt opgespoord en verwijderd. En: bestrijding moet bij voorkeur zonder het gebruik van gif plaatsvinden, omdat dat in de buitenruimte meestal verboden of ongewenst is.
Volksgezondheid
Hendriksma wijst ook nog op een ander mogelijk gevolg: het risico voor de volksgezondheid. Volgens Hendriksma wordt dat risico onderschat. Zo verwijst de deskundige naar Zuid-Europa, waar een toename is te zien van het aantal steken, dus met allergische reacties en meer dodelijke incidenten tot gevolg. "Het risico neemt toe naarmate de soort zich verder verspreidt.“
Daarmee staat de bijenwetenschapper niet alleen. Ook Meijboom spreekt haar zorgen uit: “De Aziatische hoornaar is erg defensief. Wie te dicht bij een nest komt, loopt het risico dat de dieren een irriterende vloeistof in de richting van de ogen spuiten. Dit kan het oogslijmvlies en hoornvlies aantasten. De samenstelling van het gif kan in ernstige gevallen zelfs leiden tot nierfalen”, waarschuwt Meijboom.
Ook Klein waarschuwt hiervoor en merkt op dat veel nesten zich vestigen in zogenoemde man-made structures – door mensen gemaakte constructies. Steeds vaker ziet hij nesten in de nabijheid van huizen, schuurtjes en schoolgebouwen.
Park Kethel in Schiedam in bloei | Foto: Twee
Onderzoek magere afspiegeling van realiteit
Volgens de bijenwetenschapper is het essentieel om invasieve soorten meteen bij aankomst aan te pakken, voordat ze zich stevig kunnen vestigen. “Het is alsof je een mooie tuin hebt, je ziet invasief onkruid opkomen, maar besluit niets te doen en het alles te laten overwoekeren, omdat je denkt dat er toch geen beginnen aan is. Dat is een vreemd argument”, aldus Hendriksma.
Duchateau benadrukt dat de bevindingen uit het onderzoek onvoldoende onderbouwd zijn. “De auteurs schrijven dat ze het onderzoek naar prooidieren van de Aziatische hoornaar in het najaar hebben gedaan, maar geven zelf aan dat eigenlijk te laat is geweest. Het is maar een beperkt deel in het seizoen.” Ze benadrukt dat het onderzoek daardoor geen compleet beeld geeft van de situatie. Toch gebruikt kenniscentrum EIS juist deze gegevens als basis voor hun conclusies, wat volgens haar kortzichtig is.
Hendriksma sluit af door te zeggen dat de situatie in Nederland wel degelijk te managen is, maar dat wordt moeilijk als er geen middelen beschikbaar worden gesteld. Imker Elly uit Vlaardingen roept inwoners op om meldingen te blijven doen bij waarneming van de Aziatische hoornaar. “Alleen met meldingen kunnen nesten worden opgespoord en aangepakt. Samen kunnen we verdere verspreiding vertragen en schade beperken.”
Het Kenniscentrum EIS laat telefonisch aan Twee weten dat al hun onderzoek op wetenschappelijke onderzoek gebaseerd is.