advertentie
  • rechtspraak
  • maatschappij
  • Schiedam

Mario was blut, werd uithaler en zit taakstraf uit bij Schiedamse reclassering

Drugs uithalen in de Rotterdamse haven, met een vuurwapen rondlopen of sigaretten stelen. De kans is groot dat, als je gepakt wordt, je een taakstraf krijgt. Mario en Tuna weten er alles van. Inmiddels zitten ze hun taakstraf uit bij de reclassering werkplaats aan de Schiedamse Bettoweg en vertellen ze hun verhaal bij Rijnmond.

Mario was blut, werd uithaler en zit taakstraf uit bij Schiedamse reclassering
Foto: Twee
redactie

door redactie

maandag 01 september 2025 14:08

De grote werkplaats van reclassering aan de Schiedamse Bettoweg staat vol met tafels en stoelen. Een kleine twintig zogeheten werkgestraften zijn in relatieve stilte aan het werk. Ze zitten in tafelblokken van vier. Soms praten ze wat met elkaar, maar voornamelijk focussen ze zich op hun klus. Een enkeling werkt afgezonderd van de rest aan een eigen bureautje.

Rook- en koffiepauze

Bij de balie meldt zich rond kwart voor tien een bonk van een vent. Er hangt een sterke wietlucht om hem heen. “Je bent te laat”, is het eerste wat hij te horen krijgt van een medewerkster. Een waarschuwing zal volgen en bij een tweede overtreding wordt het Openbaar Ministerie ingeschakeld om te kijken of een taakstraf nog wel de juiste straf is.

De sfeer in de werkplaats van de reclassering is ongedwongen. Er is ruimte voor een rookpauze en op vaste tijdstippen is er een koffiepauze. Maar te laat komen of onder invloed aan je dag beginnen is uit den boze.

Taak- of celstraf

Aan een van de tafelblokken zit de 40-jarige Mario te werken. “Ik vind het wel leuk hier. In het begin moest ik wennen. Toen keek ik om me heen en dacht: ‘Jezus, hier moet ik nu dus 240 uur gaan zitten.’ Maar eigenlijk ging het daarna vanzelf.” Mario heeft de zwaarst mogelijke taakstraf gekregen, 240 uur dus, voor drugs uithalen in de Rotterdamse haven, plus nog wat extra uur voor diefstal.

Hij is blij dat hij er met een taakstraf vanaf is gekomen. “Veel mensen vinden het een vervelende straf, maar je bent wel uit de gevangenis. Ik kan nu iets voor de maatschappij doen en ik raak niet alles kwijt wat ik heb.” En Mario heeft best wel wat: een eigen bedrijf dat goed loopt en een gezin met twee kinderen.

Snel geld in haven

Het is nog maar een jaar geleden als het niet zo goed gaat met Mario. Hij zit financieel aan de grond en staat onder bewind. Toch moet er brood op de plank komen. In de wanhoop zoekt hij zijn toevlucht tot het ‘snelle geld’. Via via krijgt hij een klus in de Waalhaven: cocaïne uithalen en, als het lukt, 35 duizend euro als beloning.

Op zijn telefoon krijgt hij een containernummer door en samen met een ‘maatje’ gaat hij op zoek. Eenmaal binnen gaat het vrij snel mis. Een concurrerende partij blijkt op zoek naar dezelfde partij en begint met een vuurwapen te zwaaien. De twee zetten het op een lopen. Geen drugs, geen beloning. En als de twee buiten de poort komen, staat de politie ze al op te wachten. Na drie dagen in voorarrest en een rechtszaak, komt hij bij de reclassering terecht.

Het maken van plantenetiketten is een van de laatste klusjes van Mario. Bang om terug te vallen is hij niet. “Nee, nee, nee. Mij niet meer bellen. Ik heb een bedrijf en dat loopt als een gek. Ik motiveer ook andere mensen om wat te ondernemen en niet het dievenpad op te gaan. Pak je leven op, benut je kwaliteiten.”

Stomme keuze

Het contrast met werkgestrafte Tuna is groot. Leuk vindt hij het bij de reclassering allesbehalve. Met “36 uurtjes” heeft hij een veel lagere straf gekregen dan Mario. Hij ziet zichzelf dan ook als “een lieverdje tussen al die jongens. Je wilt hier niet tussen lopen”, zegt hij in volle overtuiging. Ook al is hij blij dat de rechter hem niet naar de gevangenis stuurde, toch vindt hij het pure tijdverspilling.

Liever praat de 36-jarige Tuna niet over de reden waarom hij hier zit. Meerdere keren en steeds in iets andere woorden herhaalt hij: “Soms maak je een stomme keuze in je leven. Als je daar nu weer over gaat vertellen, doet dat wat met je. Het is heel dom, maar nu denk ik er anders over.” Hij vervolgt: “Mijn vrouw heeft het geaccepteerd dat ik naast mijn gewone werk, halve dagen hierheen ga.”

Zijn jonge kinderen weten niet van zijn taakstraf, al scheelde dat erg weinig. “Ik deed eerst buitenwerk, maar toen moest ik naar de buurt waar ik woonde. Toen heb ik gevraagd of ik alleen binnen mocht werken.” Nog “20 uurtjes” en dan staat Tuna weer buiten. “Ik hoop dat ik mijn leven gebeterd heb.”

Teamleider werkstraffen Michiel Cozijn: “De werkgestraften hier doen licht productiewerk. Ze hebben lichamelijke en/of psychische klachten, gedrags- of agressieproblemen, of kunnen niet goed tegen prikkels. Bij een kringloopwinkel of verzorgingshuis kunnen zij hun straf daarom niet uitvoeren, maar hier wel. Meestal werken hier dertig mensen tegelijk. Er gaan dagelijks ook twee busjes met cliënten buiten aan het werk. Zij voeren groenonderhoud en schoonmaakwerk uit."

“Het voordeel van een werkstraf is dat het de staat veel minder kost dan een gevangenisstraf. Daarnaast doet diegene iets terug voor de samenleving. Ook raak je je uitkering niet kwijt, kun je gewoon je kinderen blijven zien of ernaast je gewone werk blijven doen.”

“We zien dat mensen die een werkstraf krijgen, minder vaak recidiveren in vergelijking met mensen die een gevangenisstraf krijgen. We hebben wel vaste klanten. Sommige cliënten zien het als een ‘bedrijfsrisico’ en accepteren het dat ze weer een taakstraf krijgen bij fout gedrag.”

Dit is een verhaal van onze mediapartner Rijnmond

* Uit privacyoverwegingen zijn de namen van Mario en Tuna gefingeerd. Hun echte namen zijn bij de redactie van Rijnmond bekend.