advertentie
Stadsstrand verdwenen: waarom tijdelijke initiatieven blijvende waarde hebben
Afgelopen weekend namen bezoekers afscheid van het Stadsstrand. Wat ooit begon als een tijdelijke invulling van een verlaten bedrijventerrein, groeide in een paar jaar uit tot een geliefde plek voor cultuur, horeca en ontmoeting. Het verdwijnen van het strand markeert niet alleen het einde van een zomerse traditie, maar werpt ook de vraag op: welke rol spelen kwartiermakers eigenlijk in gebiedsontwikkeling en woningbouw?


door Juliet Heinsbroek
maandag 22 september 2025 19:05
“Kwartiermaken gaat echt uit van tijdelijkheid en heeft als doel om een gebied onder de aandacht te brengen, om de plannen vast naar buiten te brengen en om de buurt te betrekken”, legt Rory Dickhoff, kwartiermaker bij verschillende Vlaardingse initiatieven, uit. “Zo krijgen omwonenden niet alleen inspraak, maar ook een gevoel bij wat een plek in de toekomst kan zijn.”
Kwartiermaken, ook wel bekend als placemaking, draait volgens Rory Dickhoff, kwartiermaker bij verschillende Vlaardingse projecten, om de tijdelijke invulling van plekken die wachten op herontwikkeling. Zo noemt hij het brengen van levendigheid, het voorkomen van leegstand en het betrekken van bewoners bij de plannen voor de toekomst als doelen.
Drie Vlaardingse initiatieven zoals het Stadsstrand, dat sinds afgelopen weekend gesloten is, Stadslandbouw van Ruytenburch en District U zijn daar elk op hun eigen manier een voorbeeld van. Twee zet de fasen en functies van elk initiatief op een rijtje.
Van crisisgrond naar stadsakker
Toen de kredietcrisis rond 2010 de woningbouw tot stilstand bracht, bleef er bij de Hoflaan in Vlaardingen een bouwrijp terrein leeg achter. Waar projectontwikkelaars het financiële risico niet aandurfden, grepen buurtbewoners de kans om iets nieuws te beginnen.
Nel Versteeg, destijds voorzitter van Stadslandbouw Van Ruytenburch, vertelt: “Van de nare crisis die toen gaande was, die veel impact had op de woningbouw, hebben we dat met stadslandbouw omgedraaid naar iets positiefs. We gingen het braakliggende terrein juist gebruiken.”
Het omploegen van de braakliggende grond in de regen in juni 2013 | Foto: Nel Versteeg
In 2013 werd het eerste stuk grond bewerkt. Met hulp van lokale bedrijven zoals firma Blijdorp, die het land gratis omploegde, en een startkapitaal dat via een haringvaatje werd ingezameld, kon de stadsakker van start. Vrijwilligers stroomden toe zodra buurtbewoners over de dijk zagen dat er ‘iets gebeurde’. De eerste oogst, 180 kroppen sla, ging rechtstreeks naar de Voedselbank. Jarenlang voorzag het project de voedselpakketten van verse groenten, soms met recepten erbij om mensen te helpen de producten ook daadwerkelijk te gebruiken.
Het oogsten voor de voedselbank in juli 2014 | Foto: Nel Versteeg
Stadslandbouw had meer betekenis dan alleen voedselproductie. Het bracht, volgens Versteeg, mensen samen, midden in de stad, en gaf bewoners directe invloed op hun leefomgeving. Voor de gemeente en ontwikkelaar Heijmans was het bovendien een manier om te voorkomen dat de braakliggende grond een troosteloze aanblik bood. Dankzij een zorgvuldig opgesteld plan van aanpak en een beeldende brochure, ontworpen door initiatiefnemer Annemarie Broek, kreeg het project snel draagvlak in de gemeenteraad.
De flyer gemaakt door Annemarie | Foto: Nel Versteeg
Toen de bouw op de Hoflaan weer op gang kwam, verhuisde de stadslandbouw naar nieuwe locaties, waaronder een stuk land bij de Burgemeester Heusdenslaan en later de kassen aan de Hofsingel. Daarmee werd het initiatief een blijvende voorziening in de stad.
Volgens Versteeg is dat precies de waarde van kwartiermaken: “We hebben gebruikgemaakt van een kaal stuk grond dat anders kaal was gebleven. Tijdelijkheid werd blijvend.” De rol van stadsboer René Goes was daarbij onmisbaar. “Hij was de drijvende kracht met kennis van agrarische producten”, aldus Versteeg.
Stadsstrand: veiligheid, gezelligheid en marketing
Waar Stadslandbouw voortkwam uit een buurtinitiatief, ontstond het Stadsstrand in 2019 vanuit samenwerking tussen culturele ondernemers. Rory Dickhoff, toen manager van poppodium De Kroepoekfabriek, werkte samen met Guido de Jong van de lokale bierbrouwerij Vulcaan. Beiden zagen dat het braakliggende bedrijventerrein in het havengebied wachtte op woningbouw, maar voorlopig ongebruikt bleef.
Het idee om er tijdelijk een stadsstrand van te maken ontstond al tijdens brainstormsessies van de Stichting KWartiermakers (met hoofdletters KW van Koningin Wilhelminahaven) die Dickhoff opgezet heeft. “We zagen dat uitzicht over de Maas en dachten: dit is te gek. Hier moet zand gestort en een bandje spelen”, vertelt Dickhoff. Wat begon als plan voor een kort evenement, groeide al snel uit tot een volledig zomerseizoen.
Het effect was zichtbaar en voelbaar. Het verlaten terrein veranderde in een bruisende plek, waar bezoekers zich verzamelden voor concerten, kunstprojecten en ontspannen zomeravonden. “Het terrein was leeg en verlaten, dat ziet er slecht uit en kan onveilig worden door criminaliteit wat zich daar gaat vestigen”, zegt Dickhoff. “Door het Stadsstrand werd het veiliger, levendig en gezellig.”
Het Stadsstrand voordat het een evenementenlocatie werd | Foto: Rory Dickhoff
Voor de projectontwikkelaars was het strand bovendien een waardevol middel om toekomstige woningbouw te promoten. Door de positieve herinneringen die bewoners aan het gebied opdeden, werd de plek aantrekkelijker voor toekomstige kopers. “Het is eigenlijk een marketingmiddel”, aldus Dickhoff.
Tegelijkertijd bood het initiatief de lokale ondernemers een stem in de gebiedsontwikkeling. Via het Stadsstrand konden zij laten zien dat behoud van historische panden waardevol was. “Middels het Stadsstrand konden we projectontwikkelaars scherp houden”, legt Dickhoff uit. “En laten zien dat het misschien beter is om iets op te knappen in plaats van te slopen.”
Het Stadsstrand in 2025 | Foto: Twee
Daarnaast kreeg het terrein allerlei tijdelijke functies. Kunstenaars gebruikten de leegstaande loodsen, de brandweer oefende er en zelfs oude mozaïekbanken kregen er een plek.
Het Stadsstrand duurde langer dan verwacht. Waar de initiatiefnemers dachten aan één of twee jaar, hield het strand meerdere zomers stand. Maar nu de voorbereidingen voor woningbouw concreet worden, is de tijdelijkheid voorbij. Of er een vervolg komt, is nog onzeker, al staat in het coalitieakkoord dat het college een nieuwe locatie voor een stadsstrand wil onderzoeken.
District U: kwartiermaker in opdracht
Toen het bedrijf Unilever de stad Vlaardingen verliet, bleef een enorm terrein achter: fabriekshallen, kantoren en een plantsoen dat langzaam in verval raakte. Projectontwikkelaars Van Adrighem en Leyten namen het terrein over, met de ambitie om er een nieuwe woonwijk te bouwen. Maar zolang vergunningen, bezwaarprocedures en voorbereidingen liepen, bleef de vraag hoe de plek tijdelijk zinvol benut kon worden.
Daar kwam opnieuw Rory Dickhoff in beeld, dit keer niet als initiatiefnemer vanuit de gebruikers, maar als kwartiermaker in opdracht van de ontwikkelaars. “Dat is best bijzonder”, zegt hij. “Vaak willen ontwikkelaars dit soort experimenten niet, maar in dit geval wilden ze het juist.”
De eerste schets van het pop-up restaurant | Foto: Rory Dickhoff
Vanaf 2022 veranderde District U in een tijdelijk stadsdeel. Er kwamen containerwoningen voor 400 jongeren, er opende een pop-up kroeg in de oude brandweerkazerne, er was een escaperoom en buiten werden evenementen georganiseerd. Het oude Unilever-plantsoen werd opnieuw ingericht en kreeg tijdelijk nieuw leven.
Volgens Dickhoff vervulde het kwartiermaken hier een duidelijke functie: “Kwartiermaken gaat uit van tijdelijkheid en heeft als doel om een gebied onder de aandacht te brengen, om de buurt te betrekken en om te laten zien wat er allemaal kan.” Rondleidingen, activiteiten en bijeenkomsten gaven omwonenden een inkijkje in de toekomst van het gebied, terwijl ze ook inspraak hadden in de ontwikkelingen.
Het pop-up restaurant voordat de verbouwing begon in samenwerking met bewoners | Foto: Rory Dickhoff
De tijdelijke invulling voorkwam dat de leegstaande gebouwen ten prooi vielen aan krakers of verloedering en maakte de plek aantrekkelijk voor toekomstige bewoners. De containerwoningen staan er nog, maar het hoofdgebouw is wel volledig gestript en de bouw van nieuwe appartementen is gestart.
Daarmee is de fase van tijdelijk kwartiermaken voorbij en moet er volgens Dickhoff op een andere manier worden gewerkt aan het brengen van meer levendigheid in de nieuwe wijk. “Het is nu de bedoeling dat de placemaking activiteiten overvloeien in meer permanente ondernemingen.”
Het Unilever gebouw | Foto: Twee