advertentie
  • rechtspraak
  • Vlaardingen
  • dossier pleegmeisje
  • gezondheid

Pleegouders 10-jarig Vlaardings meisje waren ‘liefdevol en zorgzaam’, verzoek voor overplaatsing afgewezen

Uit rechtbankdocumenten blijkt dat de biologische moeder van het 10-jarige meisje uit Vlaardingen, dat door haar pleegouders werd verwaarloosd, niet wilde dat haar dochter bij de pleegouders zou blijven wonen. Zowel de moeder als de William Schrikker Stichting maakten zich zorgen over de opvoedsituatie van het meisje bij de pleegouders.

Dennis Koorevaar

door Dennis Koorevaar

dinsdag 04 juni 2024 11:08

In december werd er een rechtszaak aangespannen waarin de biologische moeder en de pleegouders, in bijzijn van de William Schrikker Stichting en de Raad voor de Kinderbescherming, tegenover elkaar stonden. De moeder en de William Schrikker Stichting wilden het 10-jarige meisje overplaatsen naar een gezinshuis. Er heerste op dat moment veel wantrouwen, maar ‘de Raad is ervan overtuigd dat alle betrokkenen hun uiterste best hebben gedaan’, zo valt te lezen in de documenten.

Pleegdochter kon niet blijven

Het 10-jarige meisje, dat nog altijd in kritieke toestand in het ziekenhuis ligt, maar ondertussen buiten levensgevaar is, had bij haar biologische moeder te maken met huiselijk geweld tussen de moeder en haar (ex-)partner, ook zouden er middelengebruik hebben plaatsgevonden door de moeder. Daarnaast was er sprake van kindermishandeling en verwaarlozing van het meisje door de moeder. In november 2021 zijn het meisje en haar toen 1-jarige zusje met spoed uit huis geplaatst.

Sinds 21 maart 2022 woonden de twee kinderen bij de pleegouders in Vlaardingen. Tijdens de zitting zou het 10-jarige kind hebben aangegeven dat ze graag bij hen wilde blijven wonen. De moeder was echter van mening dat haar oudste dochter niet in het huidige pleeggezin kon blijven.

Overwegingen

Uit de stukken blijkt dat de pleegouders in gesprek wilden met de biologische moeder. Ook zou er gewerkt moeten worden aan contactherstel tussen de biologische moeder en het 10-jarige meisje.

De Raad voor de Kinderbescherming zag dat het meisje het fijn had bij de pleegouders en ‘dat haar gedrag zich bij hen goed heeft ontwikkeld. De pleegouders zijn liefdevol en zorgzaam. Van alle betrokkenen mag daarom worden verwacht dat zij zich ervoor inzetten om deze plaatsing te laten slagen’. Het verzoek om het 10-jarige meisje over te plaatsen naar een gezinshuis werd om deze rede afgewezen.