Verdachte overval juwelier snapt niets van pistolen en juwelen bij oma

Het is donderdagochtend 29 februari 2024 als Da S. een afspraak heeft om te praten over zijn taakstraf, opgelegd vanwege een eerdere veroordeling in december 2023 voor vernieling, wapenbezit en een verkeersovertreding. Kort daarna gaat hij met een medeverdachte op stap; ze rijden naar het station, de coffeeshop en keren dan weer terug naar huis.

Niet veel later vragen twee kennissen, die hem een maand eerder vuurwapens hebben getoond, of ze zijn auto, een Volkswagen Golf, mogen lenen. Het is eigenlijk niet zijn auto, maar hij rijdt er al enige tijd in zonder rijbewijs. Zonder veel vragen leent hij de auto uit.

Vluchtauto

Hij brengt de auto naar een onbekende locatie en zegt daarna lopend terug te keren. Terwijl hij al wandelend onderweg is, vindt de overval bij juwelier Verkade plaats. De zaak bevindt zich midden op de Schiedamse Hoogstraat en krijgt te maken met drie gemaskerde mannen. Het zijn vermoedelijk de twee kennissen van Da S., samen met een onbekende derde overvaller. Het personeel beleeft angstige momenten en de vitrines worden stukgeslagen om buit te kunnen maken.

De mannen rijden binnen drie minuten weg in een vluchtauto. Kort daarna bellen de twee mannen die de auto geleend hebben Da S. op. Ze vragen of hij de auto weer kan ophalen. Volgens Da S. haalt hij de auto lopend op en rijdt ermee naar de Nieuwe Maasstraat in De Gorzen, waar hij bij zijn oma woont. De politie ontdekt in de tussentijd in welke auto de vermoedelijke daders van de overval gevlucht zijn. En de politie ontdekt ook dat de eigenaar van de auto op de Oude Maasstraat in Schiedam woont.

In de rechtszaal is merkbaar dat het OM vermoedt dat het verhaal anders in elkaar zit. Heeft Da S. zijn auto uitgeleend? Of was hij directer betrokken als bijvoorbeeld chauffeur van de vluchtauto?

Goudkleurig Tommy Hilfiger-horloge

Om 14.00 uur ziet een oplettende agent een man met een donkere rugtas, die duidelijk gevuld lijkt, een portiek aan de Nieuwe Maasstraat binnenlopen. De man keert snel terug naar de auto, waar de bestuurder twee plastic tassen krijgt aangereikt. “Meenemen, snel, snel”, wordt geroepen. Zonder aarzeling pakt Da S. de tassen aan en verstopt ze in de trapkast van het huis van zijn oma.

De politie besluit een inval te doen. Op de trap vinden ze een goudkleurig Tommy Hilfiger-horloge. In de trapkast ontdekt de politie twee plastic tassen. In de eerste tas ligt een revolver, en in de tweede tas kleding met glasscherven, een alarmpistool en nog een revolver. In de kamer van Da S., die als logeerkamer fungeert, ontdekken ze een zwarte tas vol juwelen. In de auto vinden ze een telefoon van de medeverdachte en ze vinden een formulier van de kinderrechter. Da S. begrijpt er niets van.

De inval aan de Nieuwe Maasstraat | Foto: Flashphoto

Driver voor een race

Volgens de officier van justitie is de betrokkenheid van Da S. overduidelijk. Hij kende de auto en de jongens aan wie hij deze uitleende. In het huis van zijn oma wordt een donkere rugtas gevonden met de gestolen juwelen van Verkade: 55 horloges, 18 armbanden en nog een aantal sieraden. Ook vinden ze in de tas twee sleutels die passen op de voordeur van de woning van de oma. In de tas in de trapkast wordt een trui van het merk Puma gevonden, waar DNA van Da S. op wordt aangetroffen. Scherven in de tas komen overeen met het glas van Juwelier Verkade.

In de broekzak van Da S. worden de sleutels van de trapkast gevonden. De telefoon van de medeverdachte bevat Snapchat-berichten waarin wordt gevraagd om een driver voor een ‘race’, wat in straattaal betekent dat er een chauffeur nodig is voor een overval. Alles bij elkaar opgeteld, is de officier van justitie van mening dat Da S. medeplichtige is aan de overval op juwelier Verkade.

'We staan in de belangstelling om redenen waar we niet trots op kunnen zijn' - Juwelier Verkade

Het OM betoogt dat deze overval niet in een paar minuten is bedacht. “Er moest een bestuurder zijn, iemand moest gaan kijken, er waren kleding en wapens,” zegt de officier. Er is volgens het OM voldoende bewuste samenwerking en wettelijk overtuigend bewijs.

110 jaar oude winkel

De rechtbank hoort ook de slachtoffers. De juwelier leest een brief voor waarin hij beschrijft hoe zijn bedrijf, personeel en eigendommen in minder dan 90 seconden volledig worden verpulverd door een zinloze overval. “Het is een winkel die meer dan 110 jaar oud is en nu in de belangstelling staat om redenen waar we niet trots op kunnen zijn”, vertelt hij.

“Ook daders zullen hiermee om moeten gaan, maar hoe dat werkt is voor mij niet te begrijpen.” Het personeel van de juwelier heeft psychische problemen en het veilige gevoel dat altijd in het bedrijf heerste is totaal verstoord. De juwelier hoopt een bedrag van 35.000 euro te kunnen krijgen vanwege immateriële schade door de overval.

   >> Lees ook: Glasgerinkel, paniek en angst: juwelier ‘moet verder’ na gemaskerde overval

Medeverdachten zijn vrij

De verdachte blijft eerst even stil en zegt vervolgens dat hij het erg vindt voor de slachtoffers, maar ontkent betrokkenheid. Zijn advocaat betoogt dat de verdachte nooit in de tassen heeft gekeken en dat zijn DNA niet op de wapens of juwelen is aangetroffen. Het DNA op de trui kan van het vastpakken van de tas komen.

De advocaat verwijst naar een tapgesprek waarin de verdachte tegen een vriend zegt: “Hij praat tegen mij alsof ik het heb gedaan.” Volgens de advocaat betekent het woord ‘alsof’ dat de verdachte niets met de zaak te maken heeft. Ook bekritiseert de advocaat het feit dat andere verdachten vrij rondlopen terwijl de verdachte vastzit. “Waarom zit hij nog vast en de anderen niet? Hij is er niet geweest en dus niet medeplichtig.”

De juwelier op de Hoogstraat in Schiedam | Foto: Twee

Mocht zijn verdachte worden veroordeeld, dan pleit de advocaat ervoor om het minderjarige strafrecht toe passen. De verdachte is pas drie maanden 18 jaar oud. Een contact- en locatieverbod zou toereikend zijn, maar een enkelband niet. “Mijn cliënt steunt volledig op familie en heeft mogelijk een licht verstandelijke beperking. Hij wil een zorgopleiding doen en sporten”, aldus de advocaat. De advocaat pleit daarom voor de opheffing van de voorlopige hechtenis.

30 maanden cel

De officier van justitie eist, gezien de jonge leeftijd en eerdere veroordelingen, 30 maanden gevangenisstraf, met aftrek. Daarvan zijn 12 maanden voorwaardelijk en moet er een proeftijd zijn van twee jaar met bijzondere voorwaarden. Tot slot krijgt de verdachte het woord: “Ik heb ingezien dat ik een grote fout heb gemaakt door de tassen aan te nemen en begrijp de impact op de slachtoffers.”

Over twee weken, op 13 september, volgt de uitspraak bij de rechtbank van Rotterdam. Mocht de rechtbank besluiten tot opschorting van de voorlopige hechtenis, wordt dit mogelijk eerder bekendgemaakt.