Ronald slaat vrouw aan Zwaluwenlaan bont en blauw na aangifte over vuurwapen

De twee verdachten die moeten voorkomen zijn de Amsterdamse Ronald K. en Gwen de P. uit Den Haag. De zaak van de derde verdachte vindt op een later moment plaats. Het is niet duidelijk waarom de derde verdachte in een losstaande rechtszaak moet voorkomen.

Op camerabeelden die de politie bekijkt is te zien dat drie mensen het flatgebouw aan de Zwaluwenlaan binnenlopen. Een man in een rode trui, een vrouw in een panterprinttrui en een man met een hoog opgeschoren kapsel. De laatste man loopt naar de beveiligingscamera toe en probeert hem stuk te slaan. Zonder succes. Vijf minuten later verlaten de drie verdachten het plaats delict. Dat is te zien via de nog werkende beveiligingscamera.

‘Arrestatieteam in je nek’

“Ik ben erheen gegaan om verhaal te halen, omdat zij aangifte tegen mij had gedaan”, legt Ronald K. uit. De vrouw had eerder een melding gemaakt van vuurwapenbezit tegen de Amsterdammer. “Er is bij mij geen vuurwapen aangetroffen. Het is niet fijn om een arrestatieteam in je nek te hebben.”

Wat er precies is gebeurd kan K. niet meer duidelijk vertellen. “Ik had een black-out”, stelt hij. Deze black-outs blijken vaker voor te komen en ontstaan door het gebruik van alcohol. Twee maanden eerder kreeg K. naar eigen zeggen ook de ‘kolder in zijn kop’. Hij slaat dan de woning van zijn ex-vriendin kort en klein terwijl hij onder invloed was. Onder andere een kattenbak sneuvelt. “Ik had een black-out. ik kan het niet mooier maken dan het is. Ik ben een droplul.” Naast deze twee incidenten kleven er aan de Amsterdammer nog meer mishandelingen waarbij hij onder invloed was van alcohol.

‘In hemelsnaam’

“Waarom was u daar met z’n drieën”, vraagt de rechter zich af over de mishandeling in Vlaardingen-Holy. “Ik ga daar geen uitspraken over doen. Wij gaan met elkaar om in het dagelijks leven”, antwoordt de 36-jarige Amsterdammer.

Wat de rol van Gwen de P. is bij de mishandeling wordt niet helemaal duidelijk. “Wat deed u daar in hemelsnaam”, vraagt de rechter zich af. Een antwoord komt er niet. De vrouw beroept zich gedurende de gehele rechtszaak op haar zwijgrecht. Het enige dat duidelijk wordt is dat ze aan de Zwaluwenlaan was ten tijde van de mishandeling. Volgens de officier van justitie (OvJ) heeft ze niet geslagen met een voorwerp, zoals het wasrek of de stoel. Wel zou ze geweld hebben gebruikt, aldus de OvJ.

Bij de reclassering heeft Gwen wel gesproken over haarzelf, vertelt de rechter. “Bij de reclassering vertelde u een kort lontje te hebben en wel eens geweld gebruikt uit boosheid.” Maar volgens De P. is hier niks van waar. De reclassering stelt voor dat de vrouw wordt behandeld voor het controleren van haar boosheid en tegen de problemen die zij heeft met het gebruik van drugs.

  >> Lees ook: ‘Menselijke gezicht van het strafrecht’: Reclassering praat met Schiedamse en Vlaardingse criminelen

‘Totaal in elkaar gebeukt’

“Ze is niet meer thuis geweest sinds wat er is gebeurd. Ze verblijft ook op een geheim adres voor haar veiligheid”, vertelt de advocaat van het slachtoffer. Op foto’s is te zien dat er sinds de mishandeling een groot litteken naast haar neus zit. Ook heeft zij mentale gevolgen overgehouden aan het incident. “Voor het verwerkingsproces was het goed geweest als ze hierbij was, maar toen kreeg ze herbelevingen en daarom is ze er niet”, legt de advocaat uit. De advocaat dient daarom een immateriële schadevergoeding in van 4500 euro.

De OvJ vindt dat Ronald en Gwen een agressieve houding hadden bij het binnenkomen van de flat. Volgens het Openbaar Ministerie is Ronald met opzet van geweld naar de woning toegegaan. De advocaat van Ronald K. vindt niet dat er de opzet was om de vrouw in elkaar te slaan, omdat de verdachte alleen wilde praten.

Het OM neemt het de twee verdachten kwalijk dat zij de vrouw in haar huis zouden hebben mishandeld. “Als je totaal in elkaar gebeukt wordt door drie mensen heeft dat enorme impact. In een woning moet je je veilig kunnen voelen.” Hij eist tegen Gwen de P. een werkstraf van 80 uur en twee maanden voorwaardelijke celstraf. Voor Ronald K. ligt de strafeis hoger: vijftien maanden celstraf, waarvan vijf maanden voorwaardelijk. Beide moeten volgens de officier meewerken aan een traject voorgesteld door de reclassering.

De rechter doet op 3 oktober uitspraak in de zaak.